Terug naar kantoor, of laat mij maar thuiswerken?

Hoe ga ik hier als leidinggevende mee om? En hoe staat het er precies voor met het nieuwe normaal?

Een groot deel van werkend Nederland heeft vanuit huis het werk gedaan. De corona pandemie heeft ons gedwongen het oude vertrouwde los te laten en over te gaan naar het nieuwe normaal. Maar het oude normaal komt niet meer terug en het nieuwe normaal is inmiddels ook al verouderd. Hoe gaan we verder op het gebied van thuiswerken?

Nu de situatie rond de pandemie zich lijkt te stabiliseren is een groot deel van de thuiswerkers weer op de werkplek te vinden. Voor sommigen is dit een opluchting want zij zijn het thuiswerken zat, hebben behoefte aan sociaal contact en hebben de samenwerking met de collega’s gemist. Maar voor anderen betekent het ook dat het nieuwe normaal best wel goed beviel. Dat je thuis ongestoord je taken of projecten kon afmaken, en dat je je eigen tijd kon indelen.

Is het misschien verstandig om het beste van twee werelden te combineren – een ‘hybride’ werkvorm?

Voor we deze vraag beantwoorden, wil ik toch eerst nog naar de impact van het thuiswerken op het individu en naar de voor- en nadelen van het thuiswerken kijken.

Als het gaat om de impact op de individuele medewerker dan zou je als eerste kunnen zeggen dat de normale structuur was weggevallen. Het werkritme werd ruw onderbroken en mensen moesten thuis een plekje creëren om te werken. Dat was op zich voor velen een uitdaging, want niet iedereen beschikt immers over een riant huis met een apart kantoor. Dus aan de keukentafel werd de werkplek ingericht. Als dan ook de partner thuis moest werken en de kinderen niet naar school konden, dan was het ‘nieuwe normaal’ gewoonweg niet leuk.

‌En waar vanuit werkgevers aanvankelijk een soort wantrouwen was of de medewerker wel genoeg uren zou maken, is uiteindelijk gebleken dat men heel goed in staat was om met hun eigen tijdsindeling hun taken te kunnen uitvoeren.
‌
Wat nu uiteindelijk wel blijkt is dat dit thuiswerken inmiddels heeft geleid tot een toename van burnout klachten. Dit komt met name door de psychische overbelasting en verstoring van de werk-privé balans. Zo ervaart 36% van de werkenden steeds meer werkstress, naarmate de crisis langer duurt. 42% doet het werk met minder plezier en ruim 1 op de 5 zit tegen een burn-out aan. Dit blijkt uit onderzoek van de CNV onder 2600 leden.
‌
Een ander gevolg is dat de binding met de werkplek sterk is verminderd. De betrokkenheid bij team en collega’s staat onder druk; teams vallen terug in hun teamontwikkeling. Het werkplezier is voor velen sterk verminderd. En als het werkplezier wegvalt dan ligt de weg naar opbranden open.

De andere kant van het verhaal is dat het thuiswerken voor velen een opluchting was. Het gaf de mogelijkheid om je dagindeling naar je eigen hand te zetten, dat je niet ’s morgens in de file hoefde te staan en dat je ongestoord je taken kon uitvoeren. Mensen raakten gewend aan het vergaderen via Zoom of Teams en men kon arbeid en zorg voor de kinderen goed combineren

Maar hoe nu verder? Gewoon terug naar kantoor of …?
Aanvankelijk werd gezegd dat het oude normaal niet meer terugkomt en dat we moeten wennen aan de situatie. Het thuiswerken heeft immers ook andere voordelen zoals een verminderde filedruk. Wellicht heeft de corona pandemie ons geleid naar werkvormen die voor die tijd niet bespreekbaar waren. En nu het wel bespreekbaar is en grote organisaties al de keuze hebben gemaakt om het thuiswerken zoveel mogelijk te stimuleren is het voor leidinggevenden en medewerkers een nieuwe uitgangssituatie om te bespreken; “Ga ik terug naar kantoor of blijf ik thuiswerken?”

Tips voor leidinggevenden:
1. Kies voor een individuele benadering. Stel jezelf de vraag wat je medewerkers nodig hebben om hun werk goed en met plezier te kunnen doen. Stem af op de individuele behoefte bij de medewerker.
‌2. Mensen hebben behoefte aan speelruimte en autonomie. Geef de medewerker de ruimte om te bepalen hoe hij of zij wil werken.
‌3. Breng structuur aan en maak heldere afspraken; wat doe je wel op kantoor en wat niet? Bijvoorbeeld: kom naar kantoor voor teamoverleg, meetings met collega’s en vergaderingen, en werk je projecten thuis uit.
‌4. Wees flexibel in de kantoortijden, maar zorg ervoor dat bekend is wie wanneer aanwezig is. Maak agenda’s inzichtelijk.
‌5. Maak ruimte voor verbinding op kantoor, plan momenten voor informeel overleg.
‌6. Help nieuwe medewerkers die nog geen netwerk hebben in het bedrijf bij het aangaan van sociale contacten.
‌7. Terug naar kantoor? Een ‘inwerkweek’ kan helpen. Niet zomaar starten maar weer opbouwen. Zo doen topsporters het ook.
‌8. Denk aan vitaliteit en gezondheid van medewerkers die veel thuis werken. Bied mogelijkheden aan en stimuleer om te bewegen/sporten.